Team Hurricane
- long
- 95'
- English subtitles
Acht meiden en een zomerclubhuis, meer heeft Annika Berg niet nodig om de meest spetterende en visueel overdonderende film van de zomer te maken. Acht expressieve Deense tieners maken ons deelgenoot van hun meest oppervlakkige én hun diepste zielenroerselen.

Waarom moeten ondertitels eigenlijk altijd wit zijn? Ja, het is lekker leesbaar en valt verder niet zo op. Maar je kan ze ook gewoon neongroen maken, zoals in Team Hurricane. De keuze is volledig op zijn plaats voor deze springerige, felgekleurde, hyperenergieke rondgang in de belevingswereld van acht Deense tienermeiden. Alles spat hier van het scherm: van de felgekleurde kapsels van de dames tot de schijnbaar willekeurige Insta-ready shots die regisseur Annika Berg om hun verhaal heen weeft: een paard, een brandende roos, Pikachu.
Team Hurricane lijkt op niets wat je eerder op een bioscoopscherm hebt gezien. Kijk maar naar de bochten waarin critici zich wringen om aan hun lezers over te brengen hoe de film aanvoelt. “Stel je voor dat Harmony Korine’s Gummo vermengd wordt met Miyazaki’s Studio Ghibli-klassieker Ponyo, gemonteerd door de Jean-Luc Godard van de jaren zeventig”, schreef Kaleem Aftab op Cineuropa. “Een smeltkroes die vrijuit leentjebuur speelt bij de Spring Breakers van Harmony Korine, de post-post-MTV nalatenschap en de onmogelijke ontmoeting tussen hentai en kawaii”, gooide Enrico Anzano in het Italiaanse blad Quinlan daar een schepje bovenop. Freya Bjørnlund van het Deense online magazine Soundvenue hield het op: “Het Instagram-account van Simone de Beauvoir, als die vijftien jaar oud zou zijn in 2017.”
Ik ga me zelf niet aan dat soort hersenkronkels wagen – ga zelf maar kijken waar je Team Hurricane allemaal op vindt lijken. De film is vooral héél erg zijn eigen zelf, geboetseerd uit de creatieve geesten van regisseur Annika Berg, haar volledige vrouwelijke crew, en vooral haar acht heldinnen Zara, Ida, Maja, Eja, Sara, Mia, Mathilde en Ira. Berg castte de expressieve meiden via Facebook en Instagram, zette ze bij elkaar in één ruimte, fröbelde er een klein fictieverhaaltje over de dreigende sluiting van hun jeugdhuis omheen, en liet de acht verder vooral héél erg zichzelf zijn. Ze voeren opdrachtjes van de regisseur uit, of spreken direct in de camera in zelfgefilmde videodagboeken. En alles wordt aan elkaar gemonteerd met een bijna manische energie, vol splitscreens en emoticons.
Uitzoeken waar fictie ophoudt en realiteit begint in Team Hurricane is even zinloos als onder woorden proberen te brengen waar het op lijkt. Zoals Berg zelf in een interview over haar korte film Sia zei: “Alle goeie fictie heeft documentaire elementen, en alle goeie documentaires zijn deels fictie. Voor mij is alles gewoon film.” En dat onderscheid doet er in de belevingswereld van deze tieners al helemáál niet toe: de hele wereld is gevangen in schermen, alles is performance, het echte is altijd ook fictie.
Joost Broeren-Huitenga